Search This Blog

Tuesday, 4 August 2015

De Stoa

De Stoa. Een filosofische stroming die de weerspiegeling was van het hedonisme van Epicurus. 
Een stroming waarin de ratio menner was van de paarden der verlangens. 

Ik schrijf dit stuk omdat het me pijn doet hoe negatief geladen het beeld is van de Stoa. Machinaal en pragmatisch, waarin menselijke emoties verdrukt worden tot het niets.  Nee, ik betoog juist dat de filosoof Seneca een helder beeld had van de menselijke gewenning en gewoontes, van onze gevoelens, verlangens en idealen. Teleurstelling en zelfverwijt.

Het eerste probleem waar we mee te maken hebben is de menselijke interpretatie. Vaak een zegen, wat de sociale interactie bevordert.
Echter wanneer we te maken hebben met oude denkbeelden, wereldbeeld en ladingen die de woorden hebben, moet ik grijpen naar de filosoof Wittgenstein, die het volgende meende: Woorden zijn niet enkel woorden die sociale interactie bevorderen, ze kunnen ook scheidend werken. De mens is in zijn opvoeding geprikkeld met de betekenis achter elk woord, of het nu concreet of abstract is. Maar aangezien we de mens als individu moeten nemen, is het meer dan logisch te concluderen dat hetzelfde begrip bij twee individuen een verschillend beeld opwerkt in de hersenen. Zo kan men over hetzelfde praten in de materiële wereld, maar is de abstracte wereld met zijn gedachtes bij totaal iets anders, waardoor miscommunicatie plaatsvindt.  Natuurlijk zijn we ons hier niet bewust van, omdat we menen hetzelfde begrip te hanteren. 
Dit is wat ervoor kan zorgen dat de Stoa als zielloos en machinaal geïnterpreteerd kan worden. Plaatst men het in de context, van tweeduizend jaar geleden, dan behaalt hij helder inzicht.
Want het is in deze maatschappij waarin men het neo-romantieke beeld van gevoelens niet kent, gevoelens die wij als muze van de  bohème zien.  Romantisch en menselijk, emoties die naar buiten gedragen moeten worden om onze individualiteit te bestempelen.  
Nee, dit is niet hoe men ernaar behoort te kijken. De Romeinse maatschappij was een maatschappij waarin sociale interactie het vaste principe was. Indivualiteit kende men niet omdat men deel was van het groter geheel, de Staat.
En voordat dit dystopische beelden van  Big Brother opwekt, realiseert u zich dat men de de Staat zag als speelruimte, als mogelijkheid tot zelfverwerklijking.
Dánkzij de maatschappij ben je wie je bent, dankzij de staat en de existentie van de ander heb jij een reden om elke ochtend op te staan en je in te zitten voor het leven.
Immers zoals Seneca zegt:

"Als we alle sociale interactie opgeven en breken met de mensheid, als we enkel en alleen leven voor onszelf, zitten we in een isolement dat geen enkele betekenis meer heeft. Met als gevolg dat we ook niks zinvols te doen hebben." 
-Seneca, Innerlijke Rust, blz.25

Op die wijze moet je de Romeinen zien als een onderdeel van de staat, mensen die constant in de gemeenschap leven en de druk ervaren van het handelen. Niet per se altijd direct voor de ander, maar wel op een zodanige wijze dat je nuttig bent voor zowel je zelf en de staat. En in die interpretatie van vrijheid zit de Stoa verscholen. Niet in onze neo - romantische beeld die enorm beïnvloed is door het existentialisme. Ik meen dus dat Seneca op een meta-niveau naar emoties kijkt en met zijn Romeinse beeld ontevreden is over de zaak. Net als veel andere Romeinen dat waren, waar ik ze geen ongelijk in kan geven. 
En ja, ongelijk kunnen we hem niet geven als we naar deze interactie kijken tussen mens, staat en innerlijke rust. Hevige emoties kunnen dan zeker averechts werken.
Seneca echter ontkent de relevantie van de emoties niet, maar soms kan men zich verliezen in zichzelf en de kijk op de zaak volledig achter laten.
Je mag zelfs je emoties ontarmen, omdat ze deel van je zijn, maar, let op, net als een schip op zee zijn er tijden waarin je in de storm je heldere verstand verliest en wild gaat handelen, terwijl juist dan je boven de storm moet stijgen om jezelf en de bemanning te redden.

Overigens is de moderne maatschappij vervallen in een soort hippie stadium, waarin verzet tegen elk vorm van discipline en richtlijnen gezien wordt als een beperking van de vrijheid, terwijl de opvatting hiervan onjuist is.
Niet is het beheersen van je emoties een beperking van de vrijheid, niet is het kunnen rationaliseren van je bestaan een beperking van vrijheid, niet is het willen zin geven aan je bestaan een beperking.
Ja, we gaan uiteindelijk allemaal dood (een vaak gebruikt argument), discipline en orde en handelen hebben dus geen zin.
Goed, nou en? 
Wil dat zeggen dat ik mijn bestaan de prullenbak in moet werpen? Wil dat zeggen dat ik moet ontkennen dat mezelf moet vervolmaken? Wellicht wel, maar dat doe ik niet. En wel om deze inspirerende uitspraak van Seneca:

"Niet durven doen wat je wilt of niet bereiken wat je wilt, blijven hopen en daar helemaal in opgaan. (...) Ja, zo krijg je mensen die hun eigen vrijheid haten. (...) En wat krijg je dan? Reizen zonder duidelijk doel, mensen die de kusten afzakken, nu eens over zee dan weer via land. (...)
Zoals Lucretius het zei:

"Op die manier vlucht ieder voor zichzelf."

We moeten dus beseffen, niet de locaties zijn ons probleem maar wijzelf. Wij zijn niet sterk genoeg om alles vol te houden. We kunnen niet langdurig tegen hard werk of leuke dingen of one zelf of wat dan ook. (...) door vaak van plan te veranderen kwamen ze weer uit op hetzelfde en hadden ze dus geen ruimte meer voor iets nieuws. Zo kregen ze weerzin van het leven, tegen de hele wereld, en rees bij hen dat decadente gevoel: "Meer van hetzelfde...Hoelang nog?"

En aangezien de wereld onze speelruimte is, onze enige kans misschien om iemand te zijn. Niet omdat het zinvol is voor de wereld,  of fuck it, zelfs voor de Staat of de Ander.
Nee, het gaat erom dat wij onszelf in dermate in waarde achten dat we onszelf en de zinloosheid ontarmen en kunnen inzien, ik mag elke kant opgaan die ik wil, want stilstaan kan ik ook na de dood. 

No comments:

Post a Comment